Trumps advocaten vragen het Hooggerechtshof om de uitspraak van het federale hof in het District of Columbia te “pauzeren”. In de tussentijd zou Trump de uitspraak van het hof dan kunnen aanvechten, eventueel ook bij het Hooggerechtshof.
Vorige week dinsdag besloot het federale hof in het District of Columbia dat Trump geen presidentiële immuniteit geniet en kan worden vervolgd voor zijn inmenging bij de presidentsverkiezingen van 2020 en de Capitool-bestorming van 6 januari 2021.
Trump stelde eerder dat hij in die zaak niet vervolgd kan worden omdat de beschuldigingen betrekking hebben op de periode dat hij president was. Volgens de rechter in het District of Columbia is die immuniteit komen te vervallen.
“In deze zaak is voormalig president Trump de burger Trump geworden”, schreef de rechtbank. “De immuniteit die hem zou hebben beschermd toen hij president was, beschermt hem niet langer tegen vervolging.”
Een lagere Amerikaanse rechter had diezelfde uitspraak gedaan in december. Daartegen was Trump bij het federale hof in hoger beroep gegaan.
Trump leunt op Hooggerechtshof
Nu besluit Trump naar het Amerikaanse Hooggerechtshof te stappen om de uitspraak te “pauzeren”. In het Hooggerechtshof zitten de negen hoogste rechters van het land. Zes van hen zijn conservatief en drie progressief. Van de conservatieve rechters zijn er drie door Trump zelf aangesteld.
De zaak tegen Trump, waarin hij wordt beschuldigd van het dwarsbomen van de uitslag van de presidentsverkiezingen van 2020 en zijn rol in de bestorming van het Capitool, zou op 4 maar beginnen. Maar de rechter die de zaak behandelt, heeft de zaak recentelijk voor onbepaalde tijd uitgesteld.
Als Trump schuldig wordt bevonden, mag hij zich waarschijnlijk niet kandidaat stellen voor de presidentsverkiezingen van 2024. Maar als de zaak wordt uitgesteld tot na de presidentsverkiezingen, kan Trump de onderzoeken naar hem schorsen als hij president wordt.