Jutta Leerdam ging zondag in Thialf verder waarmee ze vorig jaar geëindigd was: de 1.000 meter domineren. De 24-jarige schaatsster was daarmee een positieve uitschieter bij een tegenvallend World Cup-kwalificatietoernooi voor haar ploeg Jumbo-Visma.
Het schoot voor de laatste race van haar weekend toch door het hoofd van Leerdam: ik hoop niet dat ik ook teleurstel vandaag. “Ik zag natuurlijk wel dat niet al mijn ploeggenoten er helemaal lekker in zaten dit toernooi”, zegt de kopvrouw van Jumbo-Visma.
Voor Leerdam zelf waren er geen zorgen. De Zuid-Hollandse eindigde zaterdag als tweede op de 500 meter en was een dag later afgetekend de beste op de 1.000 meter, de afstand waarop ze vorig seizoen ongeslagen bleef. “Maar ik hoop vanzelfsprekend ook dat mijn teamgenoten goed presteren.”
Dat lukte bij de start van het schaatsseizoen lang niet altijd. Jumbo-Visma veroverde tijdens het driedaagse kwalificatietoernooi in Heerenveen in totaal twaalf wereldbekertickets (zie kader onder aan dit artikel). Dat zijn er tien minder dan een jaar geleden.
Toppers als Jorrit Bergsma (tiende op de 5.000 meter), Antoinette Rijpma-de Jong (zesde op de 3.000 meter), Beau Snellink (negende op de 5.000 meter), Thomas Krol (elfde op de 1.000 meter) en Merijn Scheperkamp (tiende op de 1.000 meter) grepen op een van hun favoriete afstanden verrassend naast World Cup-kwalificatie.
“Ik probeer me er niet te veel mee te bemoeien, want ik ben geen coach”, zegt Leerdam. “Maar ik heb wel geprobeerd om af en toe mijn teamgenoten te helpen door wat opbeurende dingen tegen ze te zeggen. Vooral bij de andere meiden, als ik merk dat ze het fijn vinden als ik ze soms wat influister. Voor de rest kan ik niet veel meer doen dan zelf goed schaatsen en me proberen te plaatsen op de afstanden waarop ik start.”
Jumbo-Visma kijkt vooral naar EK en WK’s
Jumbo-Visma-coach Jac Orie vertelde zondag aan de NOS dat hij met zijn schaatsers in de voorbereiding op het kwalificatietoernooi “misschien een beetje te ver is gegaan met hard trainen”. De ervaren Zuid-Hollander koos hiervoor, omdat hij wil dat zijn rijders vooral in topvorm zijn in het tweede deel van het seizoen, als de grote toernooien (NK afstanden, EK afstanden, WK afstanden en WK allround/sprint) op het programma staan.
Leerdam snapt die keuze van haar coach. “Ik vind het mooi dat Jac bezig is met een groter doel. En dat hij wat risico heeft genomen met het oog op de grote wedstrijden waarbij de titels te verdienen zijn”, zegt ze.
“Sommige schaatsers zag je de afgelopen drie weken bijna niks meer doen in de trainingen, om te kunnen pieken naar dit toernooi. Jac heeft ons nog een beetje laten doortrainen en niet volledig gas teruggenomen. De ene schaatser reageert daar beter op dan de ander. Dat lijntje is dun. Maar het belangrijkste is dat het straks in februari en maart bij de WK’s echt supergoed kan uitpakken.”
Leerdam weet dat zij en haar ploeggenoten uiteindelijk alleen zullen worden afgerekend op het aantal (gouden) WK-medailles, niet op het aantal World Cup-tickets. “Niemand herinnert zich dit kwalificatietoernooi nog als wij over een paar maanden in Calgary zijn voor de WK afstanden. Dan kijken we alleen nog naar het aantal titels. En ik denk dat het dan wel goed zit bij onze ploeg.”
Wereldbekertickets Jumbo-Visma
- Jutta Leerdam (500 en 1.000 meter)
- Antoinette Rijpma-de Jong (1.000 en 1.500 meter)
- Chris Huizinga (5.000 meter)
- Merijn Scheperkamp (500 meter)
- Kai Verbij (500 meter)
- Thomas Krol (1.500 meter)
- Jorrit Bergsma (10.000 meter)
- Kars Jansman (10.000 meter)
- Beau Snellink (10.000 meter)
- Tijmen Snel (1.000 meter)